Amerikanist en muziekkenner Jan Donkers karakteriseerde de muziek van TakeRoot in een interview met Inki de Jonge als volgt: “Bij Amerikaanse muziek denken we aan de uitvergrote symbolen … Maar wat je hier ziet is een tegenreactie, zonder mythevorming, op kleine labels. Er is zoveel ongezegd en ongedraaid in Amerika.” Donkers heeft nooit antwoord op de vraag gevonden waarom dat Amerikaanse levensgevoel hem zo aanspreekt. “Als ik daar in een auto zit, heb ik het gevoel dat ik nergens hoef te komen. Onderweg zijn is heerlijk ja, dat maakt wel deel uit van mijn fascinatie voor Amerika.”
Ook Illand Pietersma’s recensie legt een verband tussen de ongrijpbaarheid van de muziek op TakeRoot en de oorsprong van dit genre uit het Noord-Amerikaanse continent. Hij verklaart die zaterdag zelfs de Drentse provinciehoofdstad tot Amerikaans grondgebied. “Afgaande op de elf optredens omvat Americana vooral muziek bestaande uit slechts een handjevol akkoorden en hebben gitaar en zang de hoofdrol. Verder blijken indrukwekkende landschappen, mysterieuze personen en ‘de zin van het leven’ dankbare onderwerpen. Het publiek vond het geweldig en daar gaat het natuurlijk om. Assen lag zaterdag even in Amerika en volgend jaar, dan gaan we gewoon weer ‘back to the roots’.”
(Inki de Jonge, “TakeRoot en de kunst van het autorijden”, Nieuwsblad van het Noorden, 6 oktober 2000)
(Illand Pietersma, “Assen lag even in America”, Nieuwsblad van het Noorden, 9 oktober 2000)
Steve Earle & The Dukes, Walter Trout & The Free Radicals
Damon Bramblett, Jon Dee Graham, Split Lip Rayfield, Jason Ringenberg, Freedy Johnston, Michael de Jong, Slaid Cleaves, Lynn Miles, Tee
”Wat begon als een dapper initiatief van twee pure liefhebbers van Amerikaanse rootsmuziek is na drie jaar voorzichtig uitgegroeid tot een levensvatbaar festival.”