Ode aan Jeroen van Merwijk
Op woensdag 3 maart overleed cabaretier Jeroen van Merwijk op 65-jarige leeftijd aan de gevolgen van kanker. Cabaretiers Dolf Jansen en Erik van Muiswinkel brengen een eerbetoon aan de cabaretier en liedjesschrijver.
Door: Dolf Jansen
Voor J van Merwijk, doodgewoon
Eerder dit jaar had ik geregeld een vrij persoonlijke angst, namelijk dat ik op donderdag om half 1 klaar zou staan voor mijn wekelijkse Druktemaker voor de Nieuws BV op NPO Radio 1, en dat de Dorald Meegens van dienst dan in de korte nieuwsuitzending zou zeggen: ‘Eerder vandaag is op 65-jarige leeftijd cabaretier, liedjesschrijver en beeldend kunstenaar Jeroen van Merwijk overleden.’. En dat ik daar dan zo van zou schrikken en zo verdrietig door zou zijn, dat ik geen woord meer kon uitbrengen over peilingen en politieke spelletjes, of agrarische lobby, of grote bedrijven die tientallen miljoenen aan steun binnentrekken en aansluitend hun personeel nog slechter behandelen dan ze al deden.
Het is anders gegaan.
Op 3 maart tegen 11 uur ’s ochtends belde Jeroens broer Lucas me om te vertellen dat het was gebeurd. We waren samen heel verdrietig en een dag later stond ik alsnog bij die microfoon met wat ik schreef. Het is een eerbetoon, het is een tekst, hier en daar rijmt het, en ja, ik realiseer me dat het heel onverstandig is een tekst als deze te schrijven voor een man die tientallen, nee, honderden prachtige teksten schreef, op een niveau waar ik nooit in de buurt zal komen. Maar wees blij dat ik hiervoor gekozen heb, ik had ook kunnen besluiten een schilderij te maken.
Jeroen…
Jij hoefde niet in talkshows
Spelletjes of kwissen
Wist met wat rake rijmwoorden
Elk liedje op te frissen
Je was beschaafd, absurd, vilein
Avant la lettre dissen
Hee man, ik ga je missen
Je vriendschap was oprecht en echt
Dat is niet uit te wissen
Je zei ik kan haast alles goed
Behalve me vergissen
Is er een hemel? Ben je daar?
Zelfs God moet daar naar gissen
Hee man, ik ga je missen
Wij deelden zaal na zaal om daar
Naar wat applaus te vissen
Soms was ’t publiek op onze hand
Soms ging er eentje pissen
Als ik weer speel neem ik je mee
Bolsward, Heerlen, Lisse
Hee man, ik ga je missen
En straks staat er een eerbetoon
Voor J van Merwijk, doodgewoon
Dat wordt een ding met iets eraan
En daar weer van die dingen aan
En ieder die er langsloopt kijkt en lacht
Jeroen, vriend, rust zacht
– Dolf Jansen
Door: Erik van Muiswinkel
Het leven was allesbehalve kut
Als er iets in de wereld verkeerd begrepen wordt is het wel ironie. En binnen de groep ironici was Jeroen van Merwijk wel een van de slechtst begrepenen. Jeroen had een groot hart en een onbegrijpelijke arbeidsethos. Dat zette hij in om zijn enorm, explosief beeldend vermogen en zijn haarscherpe gevoel voor rechtvaardigheid, taal en humor vorm te geven… de man had zoveel talenten uitgedeeld gekregen, dat hij ook wel besefte daar niet de hele dag mee te kunnen pronken.
Bovendien was hij zich er tot in zijn vezels van bewust dat wij onszelf niet geschapen hebben, en dat we, gezond geboren in het West Europa van na 1945, de absolute Bestaans-Kanjer in de Vrienden van het Leven-Loterij hebben getrokken. Dus onderwierp hij zich op het podium aan een sarcastische, oergrappige, chagrijnige zelfspot en liepen er mensen bij hem weg die hem niet gezellig genoeg vonden. Zelf weten, sukkels.
Jeroen heeft ons genoeg nagelaten om de rest van onze hangmatliggende luierleventjes van te genieten. Ikzelf blijf zijn liedjes zingen en beluisteren, zijn schilderijen en tekeningen eindeloos bekijken en bestuderen, en de supergeestige columns lezen in zijn boeken.
Wie bijvoorbeeld uit de eerste hand iets wil weten over wat Kunst nu eigenlijk is en hoe het gemaakt wordt, leze Meneer van Merwijks Laatste Woord over Kunst en Cultuur, daarna kan iedereen weer gaan Twitteren. (Nijgh en Van Ditmar, 2011) En, o ja: er moet aan een Nederlandse Universiteit een leerstoel Kleinkunst komen, onder Neerlandistiek. Dat heeft Meneer van Merwijk verordonneerd. En dat was nou eens geen ironie.
Jeroen, je was, je bent en je blijft een baken in ons leven.