Arvo Pärt is al vele jaren de meest uitgevoerde levende componist ter wereld. Maar zijn monumentale Kanon Pokajanen (1997) voor vierstemmig koor hoorde je maar zelden – totdat Daniel Reuss en Cappella Amsterdam zich over het meesterwerk ontfermden. “Een betoverend prachtwerk”, schreef de Volkskrant over de internationaal met vijf sterren en een Edison Klassiek bekroonde cd-opname.

Het werk wordt gespiegeld aan motetten van Johann Sebastian Bach, die hij schreef voor speciale gelegenheden en die vaak ook maar eenmaal werden uitgevoerd. Dirigent Daniel Reuss omschrijft Bachs motetten als “de bijbel van de muziek. Ik leef al zo’n veertig jaar met deze motetten, ik kan ze wel dromen. Er zijn geen stukken die ik meer bestudeerd heb, of waar ik me meer verbonden mee voel.”

Heerlijk natuurlijk om van deze adembenemend mooie muziek te genieten tijdens deze voorjaarseditie van De Salon, een huiskamerconcert en een talkshow ineen, waarbij de Kleine Zaal van De Oosterpoort wordt omgetoverd tot een sfeervol ingerichte huiskamer.

Tussen de muziek door gaat presentator Pieter van der Wielen in gesprek met een nog nader bekend te maken gast.

Programma en bezetting
J.S. Bach: Jesu, meine Freude, BWV 226
J.S Bach: Singet dem Herrn ein neues Lied, BWV 225
Arvo Pärt: Delen uit Kanon Pokajanen
Ode I, Ode VI, Kontakion, Ikos, Ode IX en Prayer after the Canon

dirigent: Daniel Reuss | cello: Albert Brüggen | kistorgel: Pieter-Jan Belder | contrabas: Maggie Urquhart